Over mogelijk- en onmogelijkheden

We weten helemaal niet wat wel en niet kan, ook niet als we ouder worden.
Door te doen alsof we dit wel weten houden we onszelf klein.

Hoe het begint

In de klas van onze jongste vieren ze juffen en meesterdag. De dag waarop alle leerkrachten jarig zijn (wat een toeval!). Aldus de uitleg van mijn vierjarige.

Iedereen mag verkleed naar school komen. Laat dit nu net een van de favoriete activiteiten van onze jongste zijn.

In de gang voor het lokaal komt hij al wat klasgenoten tegen.

‘Wat ben jij?’ vraagt er eentje die een Supermanpak draagt. Compleet met voorgevormde spieren.

 

‘Ik ben een Batman-draak’ zegt hij vrolijk

Vervolgens loopt hij met een drakenpak, cape en Batmanmasker naar de rij voor de schmink.

‘Dat kan niet,’ is de reactie van Superman.

‘Wel,’ zegt jongste dapper.

‘Nee hoor, want die bestaan niet,’ hoor ik Superman luid en duidelijk verkondigen voor hij de klas in stap.

Ik onderdruk een wurgneiging en help jongste met zijn rugzak aan het haakje met zijn naam hangen. In de klas blijkt al een moeder klaar te zitten die de kinderen gaat schminken.

Jongste gaat direct in de rij staan.

‘Ik wil een regenboog onder het masker op mijn wang.’ zegt hij als hij aan de beurt is tegen de schminkmoeder (die jaloersmakende creaties maakt… waar leren mensen dat toch?).

‘Want ik ben een vrolijke Batman-draak.’

Smelt

 

Het verwerpen van wat we niet kennen

We doen het allemaal met enige regelmaat: verwerpen wat we niet kennen. Verwerpen wat niet in onze realiteit past. We benoemen het als fantasie, onzin of een gebrek aan kennis.

In feite gaat het om zaken die we nog nooit zijn tegen gekomen.

Ooit konden we daar prima mee overweg, met het onbekende. We ontdekten de wereld om ons heen. Ons leven was een en al verwondering en avontuur.

En soms lukt dit nog steeds. Als we een nieuwe reisbestemming bezoeken of in een winkel rondneuzen of gaan daten.

 

Het is een misverstand dat wij weten wat er allemaal echt is.

Dat we weten wat er wel en niet kan.

De verwarring ontstaat wanneer je iets voor het eerst waarneemt. Het klasgenootje hoorde voor het eerst het woord Batman-draak.

  • Hardlooprecords worden verbroken, ook al dachten we dat de mens niet nog sneller kon.
  • Mensen redden levens terwijl ze zelf een gebroken been hebben, ook al dachten we dat dit niet kon.
  • Er is een blinde meneer die door de stad kan fietsen omdat zijn eigen hersenen een soort van sonar gebruiken, ook al dachten we dat dit alleen bij vleermuizen voorkwam.

We weten helemaal niet wat wel en niet kan, ook niet als we ouder worden.
Door te doen alsof we dit wel weten houden we onszelf klein.

 

Alles was er ooit niet.

Alles is ooit voor het eerst waargenomen.

 

En trouwens,

Superman bestaan ook niet!